Met het rode potlootje in haar hand kijkt Rosa mij glazig aan. “Nu moet je een vakje inkleuren“, zeg ik nadat ik het stembiljet voor haar heb opengevouwen. Na vijf minuten kleurt ze het eerste vakje op het immense vel. Rosa heeft op het CDA gestemd. Niet omdat Rosa gelooft in de idealen van het CDA. Nee, Rosa woont op onze woongroep, functioneert als een kleuter en heeft werkelijk geen flauw idee.
Belastingterreur, noemde Geert Wilders de voorgestelde vlees- en suikertaks. “Geef de mensen eindelijk maar eens een forse compensatie voor de hoge inflatie, onbetaalbare energieprijzen en dure boodschappen…“, vervolgde hij op Twitter. Op hetzelfde medium noemt collega kamerlid Derk Jan Eppink, van JA21, de vlees- en suikertaks een “culinaire dictatuur“, waarin “de overheid bepaalt wat je wel of niet mag eten.” Op onze woongroep heb ik beide stellingen voorgelezen. “Helemaal mee eens. Vlees is toch lekker“, zei Angela. “Vind ik ook“, riep Peter waarna hij vroeg: “maar wat is een ‘dicta-dinges’?”
In een moderne democratie heeft iedereen een stem. En zo hoort dat ook. Toch voelt de stem van Rosa als een wassen neus. Haar stem telt mee, maar daar is tegelijkertijd alles mee gezegd. Want, wat als iedereen stemt zoals Rosa. Totaal willekeurig. Is er dan nog wel sprake van een democratie? Nee, natuurlijk niet! Een werkende democratie vereist een geïnformeerde burger. De overheid is daar (mede) verantwoordelijk voor. Onderwijs, een vrije pers, transparante besluitvorming en eerlijke communicatie vanuit de overheid zijn essentieel.
Wij houden allemaal van frisdrank, gehaktballen en chips. Niemand vindt het leuk wanneer juist de lekkere dingen duurder worden. Ook ik niet. Toch draait de suiker- en vleestaksdiscussie niet om goedkoper of duurder. Nee, de echte vraag is: wie draait op voor de nevenschade? Een bal gehakt kost nu al veel meer dan ik er in de supermarkt voor betaal. De verborgen kosten van ontbossing, stikstof en CO2 (en de gevolgen daarvan zoals overstromingen en droogte) worden nu niet meegenomen in de prijs van mijn gehaktbal. Toch moet iemand het (ooit) betalen. Datzelfde geldt voor een fles cola. Hoeveel meer zou een flesje cola kosten wanneer de verborgen maatschappelijke kosten (extra kosten gezondheidszorg) erin opgenomen worden? Ik schat meer dan die suikertaks.
Met een suiker- en vleestaks kun je het eens zijn of niet. Dat mag in een democratie. Wilders en Eppink ondermijnen echter, met hun dooddoeners en demagogische retoriek, niet alleen de discussie, maar ook de democratie. En dat is een zeer ernstige zaak.
“Een dictatuur, Peter, is een land waar één iemand de baas is“, antwoord ik. “En, Angela, het is toch heel zielig om die schattige varkentjes van de zorgboerderij op te eten!“, eindig ik. Ach, pedagogisch, demagogisch, het verschil is uiteindelijk maar één letter…