Buiten is het vijfendertig graden en ik zit in de trein naar Parijs. Mijn handen zweten. Niet van de temperatuur buiten; de airconditioning werkt uitstekend. Nee, ik ben gespannen. Precies een week geleden kreeg ik een appje van een verloren gewaande vriendin. Of ik zin had dit weekend naar Parijs te komen? Ja leuk appte ik terug. Nu is het zover. Onderweg naar Parijs. Na acht jaar zie ik haar morgen terug. Is dat de oorzaak van mijn zweterige handen? Het weerzien met een verloren vriendin. Of is er meer aan de hand?
Alleen reizen. Niet naar je werk of andere bekende bestemming. Nee, naar het onbekende. Vroeger deed ik dat regelmatig. Naar Australië, Zuid-Frankrijk, London en andere wereldsteden. Vandaag de dag reis ik wel naar onbekende oorden, maar nooit alleen. Altijd word ik vergezeld door mijn vriendin, vrienden of familie. Dat is gezelliger maar verandert ook de dynamiek. Er is altijd iemand om even mee te overleggen, op terug te vallen of samen mee te balen wanneer je net de aansluitende trein hebt gemist. Dat kan niet in je eentje. Dan sta je er altijd alleen voor. Het alleen zijn; het onbekende in je eentje tegemoet gaan. Is dat misschien waardoor ik iedere vijf minuten mijn handen droogwrijf aan mijn broek?
Nog niet zo heel lang geleden zag een reisje naar Parijs er heel anders uit. Een slaapplaats regelen in Parijs. Hoe deed je dat voor Booking.com, AirBnB of Expedia? Een treinticket reserveren? Kon dat altijd al online? Aangekomen op Gare du Nord. Wat nu? Welke metrolijn moet ik nemen? Lopen van het metrostation naar het hotel. Een kaart kopen? Dat was vroeger. Vanmorgen wist ik thuis al precies hoe laat ik in vanavond op mijn hotelkamer ben. Welke trein, hoe laat, op welk perron, welke metrolijn ik moet nemen en de route vanuit het metrostation naar mijn hotel. Allemaal van tevoren gepland door mijn telefoon. Mis ik een trein. Geen probleem. Mijn telefoon berekent een alternatief. Het maakt reizen eenvoudiger. Maar niet alleen dat. Diezelfde telefoon maakt mijn reis minder alleen. Mijn vriendin is nooit meer dan een vingerbeweging van mij verwijderd. Een appje, telefoontje of Facebookberichtje is snel gemaakt. Alleen reizen is niet meer zo alleen als vroeger. En toch zweten mijn handen nog steeds.
De laatste keer dat ik mijn vriendin zag was in Ierland. Acht jaar geleden op haar trouwfeest. De laatste keer dat we samen in Parijs waren is zeventien jaar geleden. In die periode reisde ik veel alleen. Zonder telefoon. Dat vereiste een reizigersmentaliteit. Een laisser-faire instelling. Ik was jong en alles zou vanzelf goed gaan komen. Ik was volkomen onbezorgd. Dat is nu wel anders. Zojuist heb ik de metroroute van Gare du Nord naar mijn hotel overgeschreven in een notitieboekje. Voor het geval mijn telefoon het begeeft of gestolen wordt. Je weet maar nooit. Hoezo een onbezorgde reizigersmentaliteit!
Met zweethandjes schrijf ik dit stukje. Niet omdat ik alleen in de trein naar Parijs zit. Noch door het vooruitzicht mijn verloren gewaande vriendin weer te zien. Nee, morgen ben ik daar waar ik zeventien jaar geleden was. Morgen word ik wellicht herenigd met mijn verloren zelf. Met die onbezorgde levensgenieter van toen. Ik hoop hem morgen terug te zien. En wie weet. Misschien reist hij dinsdag met mij mee terug naar huis.